Pensioenverzekering |
|
Pensioensparen |
|
De uitkering bij overlijden wordt bepaald door de overlijdensrisicodekking binnen de verzekering. De uitkering bij overlijden komt toe aan de begunstigde(n) van de verzekering. |
|
Bij uitkering bij overlijden is gelijk aan het saldo op de bankspaarrekening. De uitkering bij overlijden komt toe aan de erfgenamen. Indien het de bedoeling is om de uitkering bij overlijden specifiek aan iemand toe te wijzen, dan dient dat via het testament te gebeuren. |
|
Binnen een pensioenverzekering kan het overlijdensrisico afgedekt worden. |
|
Binnen een bankspaarrekening is het niet mogelijk om het risico van overlijden af te dekken. |
|
Binnen een pensioenverzekering kan premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid meeverzekerd worden. |
|
Binnen een bankspaarrekening is het niet mogelijk om premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid te krijgen. |
|
De maximale uitkeringstermijn is levenslang. Bij een levenslange lijfrenteverzekering ligt het langlevenrisico bij de verzekeraar. |
|
De uitkering uit de bancaire lijfrente stopt zodra er geen saldo meer op de bankspaarrekening staat. Als de begunstigde dan nog leeft, kan er een flinke terugval in het inkomen plaatsvinden. Bij banksparen ligt het langlevenrisico dus bij de begunstigde van de rekening. |
|
Bij een expirerende oud regime lijfrente kan gekozen worden uit een groot aantal mogelijkheden als er bij expiratie voor een verzekering gekozen wordt. |
|
De extra mogelijkheden die een expirerende oud regime lijfrente biedt, vervallen als bij expiratie gekozen wordt voor banksparen. |
|
Kapitaalverzekering Eigen Woning |
|
Bankspaarhypotheek |
|
De uitkering bij overlijden wordt bepaald door de overlijdensrisicodekking binnen de kapitaalverzekering. |
|
Bij uitkering bij overlijden is gelijk aan het saldo op de bankspaarrekening. |
|
Bij overlijden komt de overlijdensrisicodekking toe aan de begunstigden. Door de begunstigde te kiezen kan aan successieplanning worden gedaan. |
|
Bij overlijden komt het saldo op de spaar- of beleggingsrekening toe aan de erfgenamen. Successieplanning zal via het testament moeten gebeuren. |
|
Door premiesplitsing toe te passen, kan in bepaalde gevallen successieheffing voorkomen worden. |
|
Bij een bankspaarrekening is premiesplitsing niet mogelijk. Over het saldo op de bankspaarrekening is bij overlijden dus successierecht verschuldigd. Voor familieleden gelden vaak wel grote vrijstellingen. |
|
Bij een KEW hoeft de verzekeringnemer zelf geen eigen woning te hebben. Een KEW is ook mogelijk als degene met wie de verzekeringnemer duurzaam samenwoont een eigen woning heeft. |
|
Bij banksparen dient de rekeninghouder zelf een eigen woning te hebben. |
|
De verzekeringnemer moet een eigenwoningschuld hebben op het moment dat de verzekering uit gaat keren. |
|
De rekeninghouder moet gedurende de gehele looptijd van de hypotheek (dus niet alleen op de einddatum) een eigenwoningschuld te hebben. |
|